Oké JP, ik wil de handschoen wel oppakken.
Bij wetteksten is het zaak om deze correct te vertalen, te interpreteren. Soms is een wetsbepaling glashelder, (

) eenduidig. Toch komt het voor dat door de complexiteit van de regelgeving(en) het lastig of zelfs onmogelijk is om een bepaling vast te leggen zonder te korten op de inhoudelijkheid of anderszinds onbedoeld beperkend te zijn. Hier kunnen verschillende redenen voor zijn. In dit geval is de regelgeving eenduidig, enkelvoudig.
De vrijwaring van het hebben van glazen panelen/ruiten is om de volgende reden echter
niet in strijd met de onderstaande bepaling omdat er in mijn geval aan de regelgeving zoals gesteld in onderstaand artikel wordt voldaan, namelijk:
Ik heb (af-fabriek) ijzeren plaat = ondoorzichtig, vormvast materiaal welke op onverbrekelijke wijze rechtstreeks met de carrosserie is verbonden. Daarmee is dus voldaan aan de eis van de wetgever. Het (later) geplaatste glaspaneel - ik ga maar even uit van het enkelvoud, het linker-achterste paneel omdat rechtsachter niet ter discussie staat-
is derhalve geen substituut voor het in het desbetreffend artikel beoogde ''niet uit glas bestaande panelen uit één stuk van ondoorzichtig en vormvast materiaal''. Die (denk)fout wordt echter wel gemaakt.
Per saldo is jou (JP) vraagstelling wel correct geweest. Jij vraagt of er over/op de bestaande (originele beplating) glaspanelen geplaatst magen worden. De argumentatie in de brief en de reactie van de beambte tijdens de controle is echter niet meer dan een verwijzing naar een verkeerd geinterpreteerde wetsbepaling.
Ter vergelijking (fictief): De (rijdende) rechter bepaald in een burengeschil over een tuinschutting tussen het erf van buurmanX en buurmanY dat deze erfafscheiding persé van betonschuttingplaten moet zijn omdat buurman X (eiser) relevante redenen heeft om niet tegen een houten variant aan te willen kijken. BuurmanY (gedaagde) welke persé een houten variant wilde gaat onder protest accoord met de door de rechter bekrachtigde eis en de betonnen schutting is inmiddels geplaatst.
Wanneer buurmanX vervolgens vóór deze betonschutting (opzijn eigen erfgrond) alsnog een houten schutting plaatst welke de bepalingen van de rechter omtrent de voorwaarden inzake de betonnen schutting niet schaadt is hij daar vrij in, immers op de erfscheiding staat nu de bevochten betonschutting. de houten constructie heeft in die hoedanigheid alleen en uitsluitend een cosmetische functie en is derhalve niet relevant inzake het voornoemde geschil, het is immers in die hoedanigheid géén erfafscheiding, die staat er immers al.
Terugkomend op het onderwerp: dit is dus een andere discussie dan in de in de jurisprudentie bevochten herstelmogelijkheid. Daar wordt een redelijkheidsbeginsel bedongen tot herstel van een gemaakte overtreding op de wet. Ik ga er vanuit dat er geen overtreding wordt begaan wanneer ik mijn glaspanelen gemonteerd heb. Een wezenlijk verschil in vraagstelling, met een mogelijk andere uitkomst...
Your turn JP
Artikel 3 lid 10 van de uitvoeringsregeling Motorrijtuigenbelasting luidt als volgt:
''Een laadruimte is niet voorzien van zijruiten indien de zijruiten geheel zijn verwijderd en zijn vervangen door niet uit glas bestaande panelen uit één stuk van ondoorzichtig en vormvast materiaal. De panelen dienen zoveel mogelijk rondom en op onverbrekelijke wijze rechtstreeks met de carrosserie te zijn verbonden''.